Hr.Ms. Jaguar
Commandant: LTZ1 K. Riezebos
Na het winterverlof keerde de bemanning 10 januari terug aan boord en werd het schip gereedgemaakt voor vertrek naar zee. De volgende dag vertrok het schip naar zee voor een schip van de wacht periode.Gedurende de hierop volgende week zou Hr.Ms. Jaguar deelnemen aan een opwerkperiode voor een Peruaanse onderzeeboot, wat echter vanwege een defect aan de sonarinstallatie niet door kon gaan. In plaats hiervan werd 18 januari gevaren voor de school voor scheepsonderofficieren ten behoeven van opleidingen en werd 20 en 21 januari een Libisch vlootverband, bestaande uit twee Natya mijnenvegers en twee Nanuchka geleide-wapen patrouillevaartuigen, door de zuidelijke Noordzee begeleid tot de ingang van Het Kanaal. Hierna keerde het schip terug te Den Helder voor een onderhoudsperiode tot 31 januari.
Op 31 januari begon de oefening Ginger Nut. Tezamen met het eskader en mijnenbestrijdingsvaartuigen werd de passage door een mijnengevaarlijk gebied beoefend. Eenmaal buiten het geveegde kanaal en buitengaats, werd in gezelschap van Hr.Ms. Wolf koers gezet naar een positie ten noorden van de Waddeneilanden.
Het was de bedoeling dat beide roofdierfregatten daar gedurende twee dagen met gestroomde spatschijf als doel zouden fungeren voor aanvallen van jachtvliegtuigen, die daarvoor de luchtverdedigingsorganisatie van het eskader zouden beproeven. Het snel slechter wordende weer op dinsdag 1 februari maakte dit allemaal niet mogelijk en al snel moest besloten worden bij te gaan liggen. De over beide roofdierfregatten heen razende storm bereikte orkaankracht (12 beaufort) en met zeer langzame vaart over de voorsteven hielden beide schepen gaande zonder noemenswaardige schade op te lopen. Woensdagmiddag was de wind wat afgenomen en kon worden begonnen met de opmars naar de Shetland eilanden om daar in de oranje rol deel te nemen aan de oefening Roebuck 1983.
Tijdens de oefening werd van 5 tot 7 februari een bezoek gebracht aan Lerwick, alwaar ook rendez-vous werd gemaakt met de oranje Officer Tactical Command aan boord van HMS Dumbarton Castle. De oefening werd afgesloten met een bezoek aan Invergordon waar Hr.Ms. Wolf en Hr.Ms. Jaguar 11 februari arriveerden. Zondagmorgen ontmeerde het schip en werd opgestoomd naar Den Helder waar het schip 14 februari diende te zijn in verband met een tussentijdse dokking. Omdat de reparatie van een op dat moment in dok liggend schip uitliep werd de dokking uitgesteld en vertrok het schip op 28 februari weer naar zee als schip van de wacht.
Gedurende deze week werd geoefend met Zr.Ms. Westdiep en met hefschroefvliegtuigen van vliegtuigsquadron 7. Ook de hierop volgende week werd gevaren, waarbij individueel werd opgewerkt en de visserij-politietaak de nodige aandacht kreeg.
Woensdag 9 maart werd afgemeerd in Scheveningen alwaar de avond en nacht werden doorgebracht. Vrijdag 11 maart meerde het schip af te Den Helder voor een niet voorziene onderhoudsperiode waarin de uitgestelde tussentijdse dokking plaatsvond. Van 25 tot 28 maart schip van de wacht, gevolgd door een vaarweek gedurende welke een oefening Awkward, een nachtelijke ontmoetingsoefening in fregattensquadronverband, een werkbezoek van de commandant van het fregattensquadron en een vaartocht voor personeel van de Rijkswerf werd uitgevoerd.
Van 1 tot 25 april lag het schip te Den Helder voor onderhoud. De hierop volgende week werd gevaren waarbij naast de visserijpolitietaak werd geoefend met hefschroefvliegtuigen van vliegtuigsquadron 7, een dag werd gevaren voor matrozen in opleding bij de School voor scheepsonderofficieren en voor de commandant maritieme middelen Schelde en tezamen met Hr.Ms. Fret werd een vaartocht uitgevoerd met de commissaris van de Koningin in Zeeland en een aantal burgemeesters van Zeeuwse gemeenten. Op 29 april keerde het schip terug te Den Helder voor de viering van Koninginnedag en het weekeinde.
Van 2 tot 12 mei werd in roofdierverband geopereerd. Tezamen werd een bezoek gebracht aan Gent. De vaardagen werden benut voor het gezamelijk oefenen, visserijpolitie, een vaartocht met officieren van het korps mobielecolonnes en anderhalve dag werd de schip van de wacht taak overgenomen van Hr.Ms. Tjerk Hiddes. Na een lang weekeinde te Den Helder werd een vaarweek uitgevoerd, waarbij een dag werd gevaren ten behoeve van opleidingen van de School voor scheepsonderofficieren, en op 20 mei een ouderdag met 165 familieleden en kennissen aan boord onder goede weersomstandigheden.
Van 20 mei tot 6 juni lag het schip in onderhoud te Den Helder en op 2 juni werden aan boord drie onderofficieren beëdigd.
Op 6 juni embarkeerden zes Nederlandse adelborsten en één Amerikaanse adelborst, waarna de drie roofdierfregatten vertrokken voor een kruisreis adelborsten, die zes weken duurde.
Hr.Ms. Jaguar was de eerste week schip van de wacht en bevond zich 11 juni voor Scheveningen als veiligheids- en doelschip voor de vliegshow ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de haagsche Courant.
Nadat op 13 juni reservedelen voor beide zusterschepen aan boord waren genomen, vertrok het schip uit Den Helder om rendez-vous te maken met Hr.Ms. Wolf en Hr.Ms. Fret. Na het rendez-vous werd koers gezet naar Bergen, alwaar het weekeinde van 17 tot 20 juni werd doorgebracht.
Na Bergen werden in de daarop volgende weekeinden bezoeken gebracht aan achtereenvolgens Odense, Stockholm, en Lübeck, terwijl Hr.Ms. Jaguar tussendoor op 7 juli nog een kort bezoek bracht aan Trelleborg, om een ziek bemanningslid af te zetten.
De Oostzee werd 12 juli verlaten en via het Kielerkanaal werd teruggekeerd naar de Noordzee, waar de Commandant der zeemacht in Nederland op 13 juli per hefschroefvliegtuig een kort werkbezoek aan de divisie roofdierfregatten bracht en de commandanten op de hoogte stelde van het beleidsvoornemen de roofdierfregatten uit dienst te stellen.
Na een geslaagde adelborstenkruisreis keerde de divisie roofdierfregatten terug te Den Helder en na een week onderhoud ging de bemanning van Hr.Ms. Jaguar 22 juli met verlof.
Terug van verlof en na een week onderhoud werd 29 augustus ontmeerd om een week de schip van de wacht taak uit te voeren, waarbij op zaterdag 3 september assistentie werd verleend aan het Britse jacht Fast Rival, dat in het Molengat in moeilijkheden verkeerde. Met de rubberboot werden twee matrozen aan boord van het jacht gebracht ter assistentie en vervolgens werd de Fast Rival naar de haven van Den Helder begeleid.
Van 5 tot en met 8 september werd deelgenomen aan een oefenweek van het fregattensquadron met Hr.Ms. Van Galen, Hr.Ms. Van Speijk, en Hr.Ms. Fret. Hierna werd met Hr.Ms. Fret van 9 tot 12 september een bezoek gebracht aan Oostende, waarna werd teruggekeerd naar Den Helder.
Op 13 september werd een vaartocht met personeel van de Rijkspolitie te Schagen uitgevoerd. Gedurende de rest van de week lag het schip noodgedwongen in de thuishaven, omdat het drinkwater verontreinigd bleek te zijn.
Van 18 tot 23 september werd nog een week gevaren, waarna een drieweekse onderhoudsperiode volgde.
Tijdens de hierop volgende drieweekse vaarperiode was het schip gedurende de eerste week schip van de wacht en bracht de commandant van het fregattensquadron met zijn staf op 20 oktober een werkbezoek.
In de ochtend van 24 oktober werd een groot Russisch amfibisch vaartuig, de Aleksander Nikolaev, tweede eenheid van de Ivan Rogov-klasse, onderschept en gedurende een aantal uren met maximum vaart gevolgd, wat niet kon verhinderen dat de afstand tussen beide schepen snel groter werd.
Het weekeinde van 28 tot 31 oktober bracht het schip een routine bezoek aan Southampton, waarna werd teruggekeerd naar Den Helder van waaruit op 2 november met 30 vertegenwoordigers van diverse visserij verenigingen werd gevaren en onder meer een visserijpolitie inspectie aan boord van een Texelse kotter werd uitgevoerd.
Vrijdag 4 november werd afgemeerd te Den Helder voor een tweeweekse onderhoudsperiode.
Maandag 21 november begon de laatste tweeweekse vaarperiode. Woensdag 23 november werd gevaren met oud-commandanten en een aantal oud-chefs der equipage van Hr.Ms. Jaguar. Begunstigd door mooi weer werd dit een geslaagde en door de gasten zeer gewaardeerde dag. Hierna werd opgestoomd naar Bremen, waar het weekeinde van 25 tot 28 november werd doorgebracht, wat daarmee de laatste buitenlandse haven was die Hr.Ms. Jaguar bezocht. Na vertrek uit Bremen de laatste vaarweek, als toegifte een week schip van de wacht. Tijdens deze week werd Hr.Ms. Drachten, ingedeeld in de Standing Naval Force Channel, met een defecte hoofdmotor op weg naar Den Helder vanuit Noorwegen begeleid.
Maandag 5 december te 11.00 uur liep Hr.Ms. Jaguar voor de laatste maal de thuishaven binnen. Vanaf 6 december werd begonnen met het afstorten van detailgoederen en donderdag 22 december werd Hr.Ms. Jaguar uitdienst gesteld en overgedragen aan de dienst conservatie.